boeken van Foekje-Fleur Fink

predikant - geestelijk begeleider - contextueel pastor - mediator

17 november 2015

‘Dank voor alle goede gaven’

Afgelopen zondag vierden we hier in onze kerk ‘Bid- en Dankdag voor gewas en arbeid’. Aan de gemeente was gevraagd houdbaar voedsel mee te nemen naar de kerk. Dit zal worden verdeeld onder mensen (veelal van buiten de gemeente) die het nodig zijn, omdat hun inkomsten niet toereikend zijn. Het was een feestelijke dienst waarin God volop geprezen en gedankt werd. Het ABC-mannenkoor van de drie kolonies kwam de dienst opluisteren. Het geheel voelde voor mij heel vertrouwd. Met andere woorden, het had zomaar een oogstdienst in de Protestantse Kerk van Burgum kunnen zijn.

Het gaat de Nederlandse gemeenschap hier goed. Dit wordt door henzelf zo gezien, en ook zo benoemd. Dat de mensen hiervoor hun dank willen brengen, valt af te lezen aan het kerkbezoek. De kerk zit vol! Wat mij opvalt, is dat de dank ook naar buiten, naar de wereld, uitstraalt. In mijn beleving is kerk-zijn voor én in de wereld onze belangrijkste taak. De gemeente voelt zich hier geroepen als zendingsgemeente naar buiten te treden richting Calógeres, Itararé, Tibagi, Ponta Grossa, Curitiba, enz. Hier zijn zustergemeenten opgericht die financieel en godsdienstinhoudelijk door de gemeente van hier worden gesteund.

Zo ook de school. Op het Centrum is een particuliere school die bezocht wordt door zo’n driehonderd kinderen. Dit zijn niet alleen kinderen uit de kolonie, ook kinderen uit Arapoti hebben toegang tot deze particuliere school. Waar de financiën niet toereikend zijn, worden de gezinnen gesteund door de kerk. Het kenmerkende van de school is dat zij nauwe banden onderhoudt met de IER-kerk. Van de bestuursleden van deze school wordt gevraagd dat ze belijdende lidmaten zijn van de IER-kerk. Door de kerk is er een pastor beroepen die zijn kantoor op school heeft. Hij gaat zo nu en dan voor in diensten, geeft godsdienstles, voert gesprekken met ouders en kinderen, en ondersteunt het personeel van de school.

Kerkdienst door Foekje-Fleur Fink

El Niño

Het weer is hier -eigenlijk al zo lang wij hier zijn- ronduit extreem. Vandaag is alles zo nat, dat bezoeken voor morgen worden afgezegd. Het zou niet verstandig zijn met ons autootje de lomba’s op gaan. We zouden vast komen te zitten in de modderpoel en dat is iets waarvoor je hier steeds op je hoede moet zijn.

Regen

De afgelopen week waren de temperaturen overdag boven de dertig graden celsius. Heerlijk weer dus! Maar tegen het eind van de middag zag je de donkere wolken al weer dreigen en dan kómt er toch een regen. Het is of wordt op zo’n moment de hele Noordzee over ons uitgestort. En een onweer! Zo kennen wij dit in Nederland echt niet. Zomer is hier: zonnig en warm, dagelijks afgewisseld met hevige regenval en onweer.

Afgelopen vrijdagmiddag zijn we opnieuw richting Tomazina gereden. Het was prachtig weer om een bezoekje te brengen aan de waterval daar, die we nog niet hebben kunnen vinden. In de verte zagen we in het glooiende landschap het stadje Tomazina liggen met daarboven donkere, dreigende luchten. We hebben nog even overwogen terug te gaan, maar we besloten toch maar door te rijden. Dit hebben we geweten. De terugreis was horrible. Er waren momenten dat je geen hand voor ogen kon zien. En dan te bedenken dat bomen afknapten, over de weg lagen en vrachtauto’s aan je bumper kleefden. Dan wil je maar een ding: met de auto de berm in. En dat is nu juist het gevaarlijkste wat je kunt doen. Je bent er zeker van dat je vast komt te zitten, met het gevaar dat anderen jouw spoor volgen en boven op je rijden. Angstige momenten!

En zelfs dan zijn er nóg altijd auto’s die jou inhalen... ja zelfs vrachtwagens inhalen. Maar die auto zagen we dan ook, enkele kilometers verder, in de boom-wal boven de afgrond hangen. Wie zich bekommert over deze chauffeur en mogelijke inzittenden, blijft een vraag, want niemand haalt het in zijn hoofd op zo’n moment te stoppen.

Onweer en veel water

‘Pieten’ op ons dak

Maar El Niño zorgt hier voor meer dan allen regen, onweer en wind. Het was afgelopen zaterdagmorgen vroeg, zo rond vier uur, dat Henk en ik beide rechtop in bed zaten. We hoorden een klap en een gerommel. Een van ons knipte direct het licht aan. We keken elkaar aan en dachten hetzelfde: inbrekers! Ik zette direct mijn voeten buiten bed en siste: “Kom, we pakken beide een stoel!” Maar Henk vond dat geen goed plan. Hij gebaarde dat ik me rustig moest houden. Hij liep eerst naar de gang en knipte het licht aan. Daarna liep hij naar de kamer en knipte ook daar het licht aan. Alles bleef stil... er was ook niets ongewoons te zien. We keken elkaar aan op een manier van:. we hebben dit toch niet gedroomd... jij hebt het toch ook gehoord? We hielden het erop dat er misschien wel iets was gevallen. Gelukkig geen inbrekers!

Toen ik de volgende dag vertelde van onze nachtelijke schrik, waren er al snel mensen die het woord ‘rapoza’ lieten vallen. Rapoza? Wat is dat? Men vertelde ons dat het nachtdieren zijn die vanuit de bomen het dak opspringen, de dakpannen oplichten en een droge plek zoeken op de vliering. Ik vroeg nog: “Hebben ze schubben of zijn het harige beesten?” Om een lang verhaal kort te maken: een rapoza is een harig stinkdier van zo’n tachtig centimeter met een fikse staart. Zo’n rapoza-familie heeft een droge plek gevonden bij ons op de vliering? En die houden ons nu al drie twee nachten uit de slaap?

Gelukkig maar dat er dan een kerkenraad is, want die heeft voor alles een oplossing. Wim Koopman heeft vanmiddag samen met de buurvrouw, een ervaringsdeskundige, een grote bak op de vliering geplaatst met daarin enkele hardgekookte eieren. En, komt er vannacht een ‘rapoza’ op de eieren af... dan klapt de val dicht en zit in ieder geval één ‘piet’ gevangen. Welke geluiden we dan horen... en welke geuren we dan ruiken, heeft niemand ons nog verteld.

Pieten op het dak